Dit is een appeltaart maar een heel andere dan je gewoonlijk krijgt hier in Nederland. Een heerlijk verwarmende taart voor in de winter. Er gaat flink wat tijd en werk in zitten maar als je hem proeft is het helemaal de moeite waard.

Om te beginnen: kook het blikje gecondenseerde melk voor 3 uur in een pan met water, zorg ervoor dat het blikje helemaal onder water staat. Laat hierna het blikje met de gekarameliseerde melk afkoelen.

Verwarm de oven voor op 175 °C. Zet twee bakvormen van 20 cm klaar, vet deze in en bekleed de bodem met een bakpapiertje.

Meng de kaneel en bruine suiker in een schaaltje en zet dit even weg.

Meng, in een mengkom, de boter en kristalsuiker totdat het zacht en romig is. Meng er dan één voor één de eieren door totdat ze volledig zijn opgenomen. Vervolgens mix je het vanille extract er doorheen.

In een aparte kom zeef je het bloem en bakpoeder samen. Meng dit vervolgens door het botermengsel, dit doe je met de hand of op de laagste stand van je mixer. Mix er vervolgens ook de melk door, nogmaals met de hand of laagste stand van de mixer.

Schil en snij de appels in kleine stukjes.

Als dit allemaal klaar is vul je beide bakvormen met ongeveer ¼ van het mengsel.

Doe hier vervolgens ¼ van de appels en ¼ van het kaneel/suiker mengsel overheen.  Tik de appels en het kaneel/suiker zachtjes in het beslag. Als je hiermee klaar bent verdeel je de rest van het beslag over de beide bakvormen en dit doe je ook met de appelstukjes en het kaneel/suiker mengsel, dit tik je vervolgens weer zachtjes in het beslag.

Bak de cakes in een voorverwarmde oven voor ongeveer 25 tot 35 minuten, of tot een prikker schoon uit het midden van de taart komt. Laat de cakes even in de bakvormen afkoelen en zet ze na ongeveer 10 minuten op een rooster om verder af te koelen. Zorg ervoor dat de cakes volledig zijn afgekoeld voor je de taart verder gaat maken.

Schil de appel en snij deze in dunne plakjes. Doe de boter in een koekenpan en laat deze zacht smelten. Voeg de appels toe en laat deze 2 minuten zachtjes bakken totdat de appelstukjes zacht zijn. Strooi de kaneel over de appels en voeg de karamel en het zeezout toe. Zorg dat de appels bedekt zijn met karamel. Schep vervolgens de appels op een bord om te laten afkoelen.

Doe de boter in een mixkom (als je deze hebt van een staande mixer), en klop de boter tot het zacht en luchtig is. Voeg vervolgens de roomkaas toe, mix deze erdoor en schraap daarbij tussendoor de zijkanten van de kom schoon zodat alles goed gemengd wordt.

Als de boter en roomkaas goed gemengd zijn begin je met het toevoegen van de poedersuiker, dit doe je in drie delen. Als alle poedersuiker toe is gevoegd laat je de mixer op de hoogste stand voor 1 minuut mixen. Voeg vervolgens de karamel en het zeezout naar smaak toe. Laat dit goed mengen en schraap tussendoor de mixkom schoon zodat alles goed gemengd wordt. Als de botercrème zacht is, zet deze dan een half uurtje in de koelkast om wat steviger te laten worden.

Als alle aparte onderdelen klaar zijn is het tijd om de taart in elkaar te zetten.

Leg één cake op de onderkant op een taartkarton en spuit botercrème langs de rand, probeer dit 2 lagen op elkaar te doen om de vulling in de taart te houden. Vervolgens schep je de vulling op de taart  en verspreidt deze gelijk over de taart. Leg de andere cake hier vervolgens bovenop met de platte kant naar boven. Druk de bovenste cake zachtjes aan zodat er een stevig geheel gevormd wordt. Spuit de botercrème vervolgens om de taart en op de bovenkant van de taart. Smeer dit vervolgens uit zodat de hele taart bedekt is met een dunne laag botercrème.

Zet de taart en de botercrème vervolgens weer in de koelkast om te laten opstijven. Na ongeveer 2 uur haal je de botercrème weer uit de koelkast. Als deze nog zacht genoeg is om op te spuiten haal je ook de taart uit de koelkast en spuit je weer een nieuwe laag botercrème over de taart. Dit keer alleen over de zijkanten. De crème strijk je vervolgens glad, hoe steviger de botercrème, hoe beter dit lukt. Voor de botercrème is het belangrijk dat het niet te zacht is maar net zacht genoeg om op te kunnen spuiten.

Doe vervolgens de overgebleven karamel in een schaaltje en verwarm deze kort in de magnetron zodat hij wat soepeler wordt en goed uit te smeren is. Verdeel de karamel vervolgens over de bovenkant van de taart en zorg dat deze goed tot de randen komt. Strooi hier vervolgens nog grof zeezout overheen.

Voor de zijkanten breek je pecannootjes in stukjes en deze plaats je onder aan de rand van de taart. Je kan hiervoor eventueel ook een andere noot gebruiken.

Bewaar de taart in de koelkast.